De nieuwe detacheringswet uitgelegd
De nieuwe detacheringswet van 12 juni 2020 houdt geen grote verrassingen in. Voor ondernemingen zal de grootste impact allicht liggen in de beperkte duur van 12 maanden en/of in de meer vergaande gevolgen in geval van een langere detachering. Julie Van Kerckhoven, advocate bij het advocatenkantoor Monard Law, legt de spelregels uit.
Europese richtlijn nu van kracht
Elke dag maken werknemers en zelfstandigen gebruik van grensoverschrijdende detachering. Dit wil zeggen dat zij tijdelijk prestaties leveren in een andere EU-lidstaat dan waar zij normaal gezien werken. Detachering komt traditioneel negatief in het nieuws omwille van gekende problemen rond sociale dumping en oneerlijke concurrentie op de arbeidsmarkt.
In 2018 werd daarom in de Europese Unie een nieuwe Richtlijn gepubliceerd, die tot doel had deze risico’s te beperken. De lidstaten hadden vervolgens tot 30 juli 2020 de tijd om deze Richtlijn om te zetten in nationale wetgeving. Ons land was er vroeg bij en heeft de nodige regels omgezet in de wet van 12 juni 2020 houdende diverse bepalingen inzake detachering van werknemers (BS 20 juli 2020).
Waarom doen bedrijven beroep op detachering?
Voor de meeste organisaties is de voornaamste reden om beroep te doen op detachering het benutten van de expertise van een bepaalde dienstverlener.
Een andere belangrijke reden is dat werknemers die worden gedetacheerd in principe onder de wetgeving van de ‘zendstaat’ blijven ressorteren. Bijgevolg zal de dienstverlener doorgaans minder sociale lasten op de lonen moeten betalen dan in België en kan hij zijn diensten aan een lagere prijs aanbieden. Net om te vermijden dat dit fenomeen tot oneerlijke concurrentie zou leiden en een te grote negatieve impact zou hebben op lokale spelers, werden vanuit de Europese Unie regels bepaald rond detachering. De nieuwe wetgeving heeft deze regels opnieuw iets strenger gemaakt.
Aanpassingen
De impact van de nieuwe wetgeving in België is echter beperkt. Dat komt omdat de Europese richtlijn gebaseerd werd op onze Belgische wetgeving, die al in een uitgebreide bescherming voorzag. De nieuwe wetgeving voorziet in een vijftal grote aanpassingen die hieronder worden besproken.
Let wel: de nieuwe regelgeving regelt in het bijzonder de grensoverschrijdende terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten. Freelancers, zelfstandige consultants e.d. vallen dus in principe niet onder het toepassingsgebied van de Richtlijn inzake terbeschikkingstelling van werknemers of van de Belgische wetgeving inzake detachering.
Freelancers, zelfstandige consultants e.d. vallen in principe niet onder het toepassingsgebied van de Richtlijn inzake terbeschikkingstelling van werknemers of van de Belgische wetgeving inzake detachering.
1. Gelijk loon voor gelijk werk
De nieuwe wetgeving verduidelijkt wat in België al lang werd toegepast, namelijk dat alle werknemers die op dezelfde plaats dezelfde arbeidsprestaties verrichten, op identieke wijze moeten worden verloond, ongeacht het land waar ze gewoonlijk worden tewerkgesteld. Er werd verduidelijkt dat de sectorale bepalingen ook van toepassing zijn bij terbeschikkingstelling van werknemers, wat in de praktijk reeds het geval was.
2. Verplichtingen inzake de ‘harde kern’
In geval een werknemer van lidstaat A naar lidstaat B wordt gedetacheerd, blijft het arbeidsrecht van lidstaat A van toepassing. Desalniettemin zullen een aantal arbeidsrechtelijke bepalingen uit lidstaat B moeten worden nageleefd tijdens de detachering. Dit zijn de zogenaamde ‘harde kern’ bepalingen. Hieronder vallen onder andere de loonwetgeving, de wetgeving inzake feestdagen, arbeidstijd, welzijn van werknemers, terbeschikkingstelling, …
Met andere woorden: in geval van een detachering naar België, dienen voor de periode van de eerste 12 maanden van de detachering deze ‘harde kern’ bepalingen te worden toegepast. De nieuwe wetgeving voorziet dat de gedetacheerde werknemer na een termijn van 12 maanden recht heeft op alle arbeidsvoorwaarden die in het land van ontvangst (België bijvoorbeeld) van toepassing zijn, met uitzondering van de voorwaarden en procedures voor het sluiten en beëindigen van arbeidsovereenkomsten en de aanvullende pensioenregelingen. Bijgevolg zal een gedetacheerde werknemer na 12 maanden in principe ook recht hebben op bijvoorbeeld gewaarborgd loon, klein verlet, …
Een gedetacheerde werknemer kan na 12 maanden in principe ook recht hebben op bijvoorbeeld gewaarborgd loon, klein verlet, …
Mits een gemotiveerde kennisgeving is de termijn van 12 maanden, te verlengen tot 18 maanden. Deze kennisgeving dient te gebeuren vóór het einde van de 12 maanden van de detachering. Wat in de kennisgeving moet staan, wordt bepaald in een Koninklijk Besluit van 15 juli 2020. Samengevat zijn dit de identificatiegegevens, de datum waarop de detachering de 12 maanden overschrijdt en de redenen van tijdelijke niet-toepassing van de bijkomende arbeids-, loon- en tewerkstellingsvoorwaarden. De kennisgeving moet via e-mail aan de sociale inspecteurs van de Algemene Directie Toezicht op de Sociale Wetten van de FOD Werkgelegenheid worden bezorgd (SPOC.LabourInspection@employment.belgium.be).
We benadrukken nogmaals dat de Belgische regels voor het sluiten en het beëindigen van de arbeidsovereenkomst en de aanvullende pensioenregelingen enkel van toepassing zullen zijn indien het Belgisch recht op de arbeidsovereenkomst van toepassing is door middel van een uitdrukkelijke rechtskeuze, dan wel wanneer België het land van de gewoonlijke tewerkstelling is of omdat de arbeidsovereenkomst een kennelijk nauwere band heeft met het Belgische rechtstelsel.
3. Vervanging van een gedetacheerde werknemer
De nieuwe wet voorziet tevens in een antimisbruikbepaling, voor het geval een werkgever een eerder gedetacheerde werknemer vervangt door een andere gedetacheerde werknemer met dezelfde functie, voor ‘dezelfde taak en op dezelfde plaats’. Het is namelijk niet toegestaan om de detachering te verlengen door verschillende werknemers elkaar achtereenvolgens te laten vervangen.
Om te verifiëren of de duur van tewerkstelling al effectief 12 maanden bedraagt, worden de verschillende tewerkstellingsperiodes, zowel deze van de vervangende werknemer als die van de eerder betrokken gedetacheerde werknemer, bij elkaar opgeteld.
Om na te gaan of het effectief over dezelfde taak gaat van de gedetacheerde werknemer, die uitgeoefend wordt op ‘dezelfde plaats’, wordt rekening gehouden met de aard van de diensten, de uit te voeren werkzaamheden en de adressen van de plaats van tewerkstelling.
4. Toeslagen voor reis, maaltijd- of verblijfskosten
Verder verduidelijkt de nieuwe wet dat gedetacheerde werknemers vergoedingen of toeslagen voor reis-, maaltijd- en verblijfskosten voortvloeiend uit algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomsten moeten genieten, wanneer deze voor reizen zijn van en naar hun gewone werkplaats in België, alsook voor tijdelijke uitzendingen vanuit die gewone werkplaats naar een andere werkplaats.
De vergoedingen of toeslagen rechtstreeks verbonden aan de detachering blijven een deel van het loon uitmaken voor zover zij niet worden betaald ter vergoeding van werkelijke kosten.
Wanneer het niet mogelijk is om vast te stellen welke elementen loon vormen en welke de werkelijke kosten zijn, zal men het volledige bedrag van de vergoeding beschouwen als een kostenvergoeding.
5. Aanpassing wetgeving inzake uitzendarbeid en terbeschikkingstelling van werknemers
Tot slot wijzigt de nieuwe wetgeving ook de Wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers. Ook de wet van 12 augustus 2000 inzake de reglementering van werkgeversgroeperingen werd gewijzigd.
Zo werden er nieuwe informatieverplichtingen ingevoerd voor de Belgische gebruiker bij terbeschikkingstelling van buitenlands personeel over de grenzen heen. De Belgische gebruiker dient het buitenlands uitzendkantoor te informeren in verband met de arbeidsvoorwaarden die van toepassing zijn in de onderneming. Deze arbeidsvoorwaarden betreffen onder meer de arbeidsduur, het loon en de vakantieregels. Het is aangewezen om deze kennisgeving schriftelijk te doen, dan wel om schriftelijk bevestiging te krijgen van een mondelinge toelichting.
Daarnaast moet het buitenlands uitzendkantoor schriftelijk geïnformeerd worden wanneer de uitzendkracht te werk gesteld wordt in een andere Europese Economische Ruimte of Zwitserland. In het kader van andere vormen van toegelaten terbeschikkingstelling van personeel is deze verplichting eveneens van kracht.
Wanneer de voormelde informatieverplichtingen niet in acht genomen worden is er een sanctie niveau 2 voorzien, zijnde een strafrechtelijke boete van 400 euro tot 4.000 euro, dan wel een administratieve geldboete van 200 euro tot 2.000 euro per betrokken werknemer (max. 100).
Let wel de nieuwe maatregelen zijn niet van toepassing op de transportsector.
Meer informatie
In geval van vragen kan u altijd terecht bij de experten sociaal recht van Monard Law.